Stagflatie ligt op de loer. Dat is een situatie waarbij de economie stagneert, maar de inflatie oploopt. Hoe moeten we hierop voorsorteren? CNBC komt met drie strategieën om de portefeuille voor te bereiden.
In de jaren zeventig kregen we voor het eerst te maken met het fenomeen stagflatie. Toen zorgde de oliecrisis voor een lange periode van hoge prijzen, en tegelijkertijd daalde het bbp. Ook nu zorgen de hoge energieprijzen voor opwaartse druk.
Morgan Stanley meent dat dit een gevolg is van de 'supply shock' die we momenteel doormaken. “Door de disruptie in de wereldwijde aanvoerketen zijn er enorme tekorten ontstaan in de sectoren energie en halfgeleiders. Deze situatie kan tot ver in 2022 duren. Op korte termijn zorgt het voor hoge inflatiedruk.”
Stagflatie is een vervelend probleem voor beleidsmakers, omdat maatregelen om die te beteugelen - zoals loonmatiging of krapper monetair beleid - voor een hogere werkloosheid kunnen zorgen. Maar Goldman Sachs gaf in oktober al aan dat stagflatie ook nadelig kan zijn voor aandelen. Hoe kunnen we ons dan het beste voorbereiden? Drie tips.
1. De halterstrategie
Volgens Morgan Stanley kan een van de manieren de halterstrategie zijn. Bij deze strategie kiest u voor twee ‘extremen’ in de markt: beleggingen met een heel laag, en beleggingen met een heel hoog risico, om zo de balans te vinden tussen risico en rendement. Lees hier meer over de halterstrategie.
Een belegging met een laag risico is bijvoorbeeld Deutsche Telekom: het aandeel noteert tegen slechts 5 keer de verwachte vrije kasstroom over 2024. Een hoogrisico-aandeel is dan bijvoorbeeld Tesla.
2. Kies voor bedrijven met prijszettingsvermogen en vermijd groeiaandelen
Een andere manier kan zijn om voor 'prijszetters' te kiezen, zegt Rob Mumford, investment manager emerging markets bij Gam Investments. “Kies daarbij voor bedrijven in de upstream en niet voor bedrijven in de downstream.”
Met upstream worden toeleveringsbedrijven (bijvoorbeeld chipfabrikanten) bedoeld, en bedrijven die bijvoorbeeld in grondstoffen zitten die nodig zijn om producten te maken. Een voorbeeld is Shell. Downstream staat dichter bij de klant; het kan om productie gaan, maar vooral het om het afleveren en distribueren van producten.
Groeiaandelen daarentegen kunnen we volgens Mumford beter mijden. “Die zijn extra kwetsbaar als de inflatie hoger uitvalt dan verwacht.”
3. Ga voor waarde- en cyclische aandelen
Morgan Stanley verwacht dat waarde- en cyclische aandelen het meest zullen profiteren wanneer de inflatie verder oploopt.
Waardeaandelen zijn het tegenovergestelde van groeiaandelen. Deze ondernemingen hebben vaak een gevestigde positie en een iets lagere waardering ten opzichte van de markt.
Ahold Delhaize is een goed voorbeeld. Cyclische aandelen volgen de economische cycli en koers en winstgevendheid gaan vaak gelijk op met de macro-economische omstandigheden. U kunt dan bijvoorbeeld denken aan staalbedrijf ArcelorMittal.
Lees ook: Maakt stagflatie een comeback?